Blogopmaak

Eva Wuyts • apr. 19, 2021

Do-no-harm én do-good

Pleidooi om als organisatie of onderneming zowel rekening te houden met het minimaliseren van de negatieve impact van je activiteiten (do-no-harm), als je positieve bedoelde impact te maximaliseren (do good)!

Impact, what’s in a name?


Ons Wicked Evaluatie onderzoek wil organisaties en ondernemingen ondersteunen in het meten van hun sociale, ecologische en economische impact. Maar welke impact bedoelen we dan juist? Als het gaat om sociale en ecologische (maatschappelijke) impact wordt in de praktijk soms onderscheid gemaakt tussen het maximaliseren van bedoelde positieve impact van een organisatie of onderneming met een maatschappelijke missie (do-good) en het minimaliseren van de negatieve impact van bedrijfsactiviteiten gericht op economische winst (do-no-harm). Men spreekt soms van “sociale impact” vs. “sociale verantwoordelijkheid” (Hertel et al. 2020), al vinden we die termen eigenlijk verwarrend, of van positieve versus negatieve externaliteiten (Crilly et al., 2016). De Future-Fit Business beweging maakt het onderscheid tussen “Break-Even Goals” en “Positive Pursuits”.

“Er is een duidelijke link tussen de opdeling do-good en do-no-harm en de opdeling profit en non-profit.”

 

Economische winst? Do-no-harm aantonen


Bedrijven met focus op economische winst creëren, in meerdere of mindere mate afhankelijk van hun bedrijfsactiviteiten, negatieve externaliteiten, de “environmental and social cost of doing business”. Ze verdienen geld voor hun aandeelhouders maar creëren ecologische en sociale kosten voor andere stakeholders. De laatste jaren worden deze spelers meer en meer uitgedaagd door hun investeerders en klanten om die kosten te minimaliseren. Verschillende kaders, tools, standaarden en labels werden ontwikkeld onder de brede ESG (environmental, social and governance) paraplu, vb. de traditionele GRI indicatoren, het IRIS+ systeem, het internationale B Corps Initiative, de SDG Action Manager, de Donut Economie van Kate Raworth, en de Sustatool en MVO scan in België.

Op dit moment is er vooral nood aan harmonisatie, ook daar zijn meerdere initiatieven uit verschillende hoeken mee bezig. De recente plannen van de International Financial Reporting Standards (IRFS) Foundation om ESG standaarden te ontwikkelen[8] is hierin mogelijks baanbrekend, hun financiële standaarden worden door 140 landen gebruikt. Aan harmonisatie over hoe standaarden kunnen worden gemeten wordt gewerkt door o.a. de Value Balancing Alliance en het Impact Management Project. Naast harmonisatie is er ook nood aan meer regelgeving. De Europese wetgeving omtrent non-financial reporting laat bedrijven momenteel nog grotendeels vrij in het rapporteren van hun sociale en ecologische externaliteiten, en de meeste tools en standaarden zijn gebaseerd op zelfevaluatie. We wachten met spanning op de geplande update naar een Non-Financial Reporting Directive 2.0 in het kader van de European Green Deal. Europa moet durven nadenken over transparantie en audits, en waarom geen negatieve consequenties en/of positieve voordelen op vlak van belastingen, overheidsopdrachten, … verbinden aan een positieve ESG evaluatie?

 

Maatschappelijke winst? Do-good aantonen


Tegenover de do-no-harm focus van profit bedrijven staat de do-good focus van de non-profit. Voor organisaties of ondernemingen met een maatschappelijke missie is het vooral belangrijk om hun positieve externaliteiten aan te tonen, de bedoelde meerwaarde die ze creëren voor hun doelgroep. Ook hier hebben de laatste jaren enkele holistische kaders met een brede kijk over het landschap van sociale en ecologische impact hun intrede gedaan, zoals de Economy for the Common Good Matrix. Vaak wordt deze brede kijk nog achterwege gelaten voor een gerichte focus (en besteding van beperkte middelen) op enkel de maatschappelijke missie van een organisatie (met het risico van cherry-picking, en do-harm negatieve externaliteiten voor andere doelgroepen of op andere domeinen).

 

Beyond the divide


Net zoals we in een vorige blog een oproep deden om de opdeling tussen profit en non-profit te overstijgen omdat echte meerwaardecreatie in het midden ligt, doen we ook hier een oproep om minder eenzijdig te focussen op do-no-harm of do-good. Dit vraagt een shift langs beide kanten. We hebben bedrijven nodig die niet enkel de negatieve externaliteiten van hun bedrijfsactiviteiten willen minimaliseren, maar hun significante financiële middelen en expertise ook proactief willen inzetten voor do-good. We hebben de bedrijfssector nodig in het complexe web van maatschappelijke uitdagingen waar we vandaag mee geconfronteerd worden. Hun essentiële rol wordt meer en meer belicht, o.a. ook in de 2030 Agenda for Sustainable Development. Gelukkig zijn er ook meer en meer pioniers die de uitdaging aannemen. Wereldwijd onderschreven 181 CEO’s vorige zomer in het Statement on the Purpose of a Corporation vanuit de Business Roundtable een shift van een nauwe focus op aandeelhouders naar meerwaardecreatie voor een brede groep stakeholders. In eigen land vroegen 60 Belgische ondernemingen de overheid om een nationaal wettelijk kader op te stellen inzake zorgplicht omtrent milieu- en mensenrechtenschendingen in toeleveringsketens[3].

 

Aan de andere kanten mogen ook de organisaties en ondernemingen met een maatschappelijke missie hun negatieve externaliteiten niet uit het oog verliezen. Vaak zijn deze beperkter in grootte-orde en/of worden ze (tot op zekere hoogte) gecompenseerd door de positieve externaliteiten. Toch blijft het belangrijk om een holistische kijk op impact te behouden en naast de bedoelde positieve impact op hun doelgroep ook de mogelijke negatieve sociale of ecologische gevolgen op andere stakeholders niet uit het oog te verliezen en vb. geen duizenden flyers af te drukken of fast-fashion T-shirts uit China te bestellen als promomateriaal.

 A road left to travel

Do-no-harm én do-good combineren dus. Niet om alles te gaan meten, maar wel omdat eerst het hele plaatje zichtbaar moet zijn, voordat organisaties en ondernemingen daarbinnen bewuste, onderbouwde en transparante keuzes kunnen maken over welke impact ze gaan meten en waarom. Dit vraagt een nieuwe aanpak. Eentje die de standaardisering en gebruiksvriendelijkheid van do-no-harm combineert met de diepgang en flexibele aanpak op maat nodig voor do-good. Geen kleine uitdaging voor PWO Wicked Evaluatie. Stay tuned!

Referenties

  • Crilly, D., Ni, N., & Jiang, Y. (2016), “Do-no-harm versus Do-good Social Responsibility: Attributional Thinking and the Liability of Foreignness”, Strategic Management Journal, 37: 1316-1329
  • Hertel, C., Bacq, S., & Lumpkin, G.T. (2020), “Social Performance and Social Impact in the Context of Social Enterprises – A Holistic Perspective”, from Handbook of Social Innovation and Social Enterprises


Deel dit bericht

Share by: